ADHD is een afkorting en is afgeleid van de beginletters van de naam van deze aandoening: Attention Deficit Hyperactivity Disorder.
Met andere woorden: er is een gebrek aan aandacht en concentratie, dat langer duurt en sterker is dan bij veel andere mensen. De hyperactiviteit is een symptoom van de innerlijke onrust, die zich bijvoorbeeld uit in de drang om voortdurend te bewegen of in een enthousiasme voor snelle, wisselende inputs.
Artsen zijn het er in het algemeen over eens dat er bij ADHD sprake is van een verstoring van de boodschappers in de hersenen en dat het ziektebeeld in hoge mate genetisch is bepaald. Toch wordt steeds weer gediscussieerd over de vraag of ADHD wel een aandoening is of slechts een modediagnose om drukke kinderen met medicijnen te kalmeren.
Helaas verhindert deze discussie vaak een adequate behandeling, die overigens veel meer inhoudt dan alleen medicijnen. Voor de getroffenen heeft dit niet zelden veel leed en frequent falen op tal van levensterreinen tot gevolg.
ADHD bij kinderen en jongeren
Kinderen en jongeren met ADHD zijn onoplettend, hyperactief of impulsief. Deze drie typische kenmerken kunnen echter per persoon sterk verschillen.
Op basis van de symptomen worden drie typen onderscheiden:
- het overwegend hyperactief-impulsieve type;
- het overwegend onoplettende type (ook ADD genoemd);
- het gemengde type.
Hoe vaak komt ADHD voor bij kinderen en jongeren?
ADHD is een veel voorkomende aandoening. Bijna iedereen kent in zijn kennissenkring wel een kind bij wie ADHD is vastgesteld. ADHD is bovendien een van de meest voorkomende neurologische aandoeningen.
ADHD komt zowel bij jongens als bij meisjes voor. De diagnose wordt echter vaker bij jongens gesteld. Er zijn aanwijzingen uit onderzoek dat professionals symptomen van ADHD bij jongens mogelijk anders beoordelen dan bij meisjes. Het is belangrijk dat professionals zich hiervan bewust zijn, omdat deze verschillen in beoordeling van invloed kunnen zijn op het al dan niet adequaat stellen van een diagnose.
De symptomen van ADHD zijn bij meisjes vaak lastiger te herkennen, omdat storend gedrag en onoplettendheid bij meisjes minder vaak voorkomen. Naarmate de kinderen ouder worden, treft men de diagnose ADHD uiteindelijk even vaak bij jongens als bij meisjes aan.
Referenties
- American Psychiatric Association. Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, Fifth Edition. 2013
- World Health Organization. The ICD-10 Classification of Mental and Behavioural Disorders. Available at: www.who.int/entity/classifications/icd/en/bluebook.pdf. Last updated 1993; 1: 1-263. Accessed 04 January 2017
- Polanczyk G et al. The worldwide Prevalence of ADHD: A Systematic Review and Metaregression Analysis. Am J Psych. 2007;164(6):942-948
- Schlack R et al. Die Prävalenz der Aufmerksamkeitsdefizit-/Hyperaktivitätsstörung (ADHS) bei Kindern und Jugendlichen in Deutschland. Bundesgesundheitsblatt, Gesundheitsschutz. 2007;50:827-835
- Barkley RA et al. The persistence of attention-deficit/hyperactivity disorder into young adulthood as a function of reporting source and definition of disorder. J Abnorm Psychol. 2002;111:279–289.
- Zorgstandaard ADHD, GGZ standaarden, versie 04 feb 2019
Algemene opmerking
Deze informatie is algemeen. Het is niet geschikt voor het stellen van een diagnose en het vervangt geen consult met een arts.